woensdag 2 november 2011

In zijn dooie eentje.

Ik kwam alleen maar voor een intake.
Maar die intake werd onbedoeld een hele gebeurtenis, eentje waardoor ik anders tegen het vervolg op de intake en de hele verdere wereld zou aankijken.

Ik moest me melden bij een balie, waarachter een mevrouw aan de telefoon wenkte dat ze zo bij me kwam. Terwijl ik stond te wachten kwam er een verhit uitziende oudere heer uit een van de deuren verderop in de gang, op de voet gevolgd door een jonge vrouw met blosjes op haar wangen. Ze kon hem maar net bijhouden, terwijl hij briesend door het gangpad beende.
'Wat denkt u wel, dat ik niets beters te doen heb? Ik zie er misschien uit als gepensioneerd, maar weet u dat ik gewoon nog elke dag naar mijn baas moet?'
De jonge vrouw probeerde hem te kalmeren. 'Meneer het spijt me, maar zo werkt het nu eenmaal, als het korter zou kunnen, zouden we dat zeker niet nalaten maar 3 uur staat er minimaal voor .Misschien kunt u iets te lezen meenemen, een goed boek of wat muziek..?'
'Muziek? Muziek zegt u ? Denkt u nu werkelijk dat ik 3 uur lang met mijn neus in een boek ga zitten terwijl u allerlei rare snuisterijen aan mijn lijf plakt en om de haverklap bloed van me wil hebben? Denkt u mevrouw, dat ik gezellig 3 uur lang met al die polonaise van machientjes en piepjes in mijn dooie eentje naar muziek ga zitten luisteren?'

De man werd steeds kwader en stond zo te zien op een punt waarop hij het vrouwtje omver zou blazen en de deur uit zou benen.
Omdat ook de baliemevrouw richting slagveld was vertrokken om haar overdonderde collega bij te staan, bleef ik maar geduldig wachten met een stiekeme nieuwsgierigheid naar waar dit spektakel heen zou leiden.
'Meneer, u heeft geen reden om zo tegen mijn collega tekeer te gaan, 3 uur is de procedure om een goede analyse te kunnen maken en het kan niet korter. Als u dat niet zint, moet u maar een andere locatie zoeken.' 
Even voelde ik een kleine beschaamde vlaag van teleurstelling, de baliemedewerkster sloeg de spijker op zijn kop, want wat viel hier nog tegen in te brengen. Zou het feest nu al over zijn?
Maar nee, de oudere heer was even stil, toen werden zijn ogen groter en zijn hoofd nog roder. ' Hoe durft u, ik heb recht op uitleg over de tijdsduur en als die niet afdoende is, mag ik daar zeker wel iets van zeggen!'

Hij raasde voort en ik begon ondanks het lichte vermaak toch te vrezen dat ik een andere keer zou moeten terugkomen. Ik bedoel, ik heb geduld maar dat is ook niet oneindig.
Ik greep in mijn tas naar mijn agenda om alvast te kijken wanneer ik een volgende afspraak zou kunnen maken, toen een kleine al wat grijzende meneer naast mij kwam staan en de discussie vol verbazing aan zag.
'...en dan zit ik in mijn dooie eentje 3 uur lang mijn tijd te verdoen voor niks, want er komt toch geen resultaat uit, ik ben de patiƫnt hier en ik betaal toevallig wel uw salaris, 3 uur niksen.. '
"U moest blij zijn, dat u daar tenminste kunt zitten 3 uur lang in uw dooie eentje. Ik heb gisteren mijn vrouw naar de begraafplaats gebracht in haar dooie eentje, en IK moet mijn resterende leven alleen verder, in mijn dooie eentje. Ik had er wel meer dan 3 uur voor over gehad om daar in mijn dooie eentje te zitten, als ik wist dat ik bij thuiskomst haar weer zou zien en we samen koffie konden drinken."
De stem van de man brak en hij draaide zich om. Ik keek in zijn waterige blauwe ogen en ik duwde al het respect dat ik in me had naar mijn ogen, naar hem.
Hij knikte, kreeg een glimp van tevredenheid over zich heen. Hij kuchte eens en zei toen: "Was u aan de beurt?"

Poeslief.

Er trok een regenbui over de straat, en omdat de voordeur heel even open stond, ontsnapte poeslief naar buiten. Om met een een nat geworden poezenkopje weer naar binnen te rennen.
Toen even later de achterdeur open ging hoorde ik mijn lief tegen het poezenkopje zeggen: " Ja, maar aan deze kant regent het ook hoor ".